19 november 2020 - CBRB speciale nieuwsbrief

Het CBRB is de toonaangevende werkgeversorganisatie voor alle sectoren in de binnenvaart en vervult een strategische rol.

Terugkoppeling van de vergadering CESNI/PT Technische Voorschriften november 2020

Het is de missie van het CBRB om proactief betrokken te zijn bij het werken aan de Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen (ES-TRIN). We hebben dan ook actief deelgenomen aan de online bijeenkomst van de werkgroep technische voorschriften CESNI/PT op 17 en 18 november 2020. Dit werk doen we onder de vlag van het Europese Inland Waterway Platform (IWT Platform).

In deze nieuwsbrief leest u een terugkoppeling van enkele van de vele besproken onderwerpen:
  1. Veilig gebruik van ankerlieren aan boord van binnenschepen
  2. Specifieke voorschriften voor stuurhuizen die alleen overzakbaar zijn
  3. Beschikbaar stellen van informatie over motoren met typegoedkeuring
  4. Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen verdrinkingsgevaar
  5. Implementatie van de routekaart over geluid en trillingen
  6. Toepassing van de overgangsbepalingen hoofdstukken 32 en 33 ES-TRIN
 
Twitter - CBRBtweets
LinkedIn - CBRB
YouTube - CBRBnieuws
RSS - CBRBnieuws
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Website - CBRB
 

Veilig gebruik van ankerlieren aan boord van binnenschepen

Namens het binnenvaartbedrijfsleven is aandacht gevraagd voor een ontwikkelde richtlijn over veilig gebruik van lieren aan boord van binnenschepen. Deze richtlijn is in samenwerking met de sector opgesteld door het Platform Zero Incidents. Dit platform is een initiatief van de binnenvaartbranche.

Bevrachtingskantoren, rederijen en scheepseigenaren delen en ontwikkelen kennis over incidenten in de binnenvaartindustrie om zo herhaling in de toekomst te voorkomen. Bij dit platform zijn in 2018 en 2020 drie incidenten gemeld, waarbij de koordjes van het reddingsvest, dat werd gedragen door het dek personeel, verstrikt raakte in de lier op het achterschip. Deze ongevallen zorgden voor twee zwaargewonden en één overlijden. Naar aanleiding van deze incidenten is een richtlijn ontwikkeld over veilig gebruik van ankerlieren aan boord van binnenschepen.

Bijgevoegd vindt u de volgende documenten: Wordt vervolgd: verdere bespreking in CESNI/PT
De werkgroep CESNI/PT heeft zeer geïnteresseerd gereageerd op deze bijdrage van het binnenvaartbedrijfsleven. Het onderwerp zal verder worden besproken bij de volgende vergadering. Deelnemers hechten waarde aan de inbreng van PZI en de waardevolle informatie over ongevallen en bijna-ongevallen.

Naar boven

 

Specifieke voorschriften voor stuurhuizen die alleen overzakbaar zijn

Achtergrondinformatie en aanleiding discussie
De Duitse delegatie heeft in 2019 de aandacht gevestigd op problemen die zich hebben voorgedaan bij de toepassing van de eisen van artikel 7.12 ES-TRIN op in hoogte verstelbare en overzakbare stuurhuizen. De Duitse delegatie was van mening dat de eisen van artikel 7.12 ES-TRIN van toepassing zijn op zowel neerlaatbare en overzakbare stuurhuizen. 

Standpunt binnenvaartbedrijfsleven
Het binnenvaartbedrijfsleven is, samen met een aantal delegaties en de classificatiebureaus, van mening dat de voorschriften van artikel 7.12 ES-TRIN alleen van toepassing zijn op in hoogte verstelbare stuurhuizen, met andere woorden, stuurhuizen die enkele meters in hoogte versteld kunnen worden. Overzakbare stuurhuizen vallen niet onder artikel 7.12 ES-TRIN.
 
Voorbeelden van een overzakbaar en een in hoogte verstelbaar stuurhuis
Discussie en besluitvorming CESNI/PT februari 2020
Tijdens de discussie eerder dit jaar bleken meerdere delegaties van mening dat regelgeving voor overzakbare stuurhuizen nuttig zou kunnen zijn. Uiteindelijk heeft de werkgroep CESNI/PT besloten om een nieuw en apart artikel op te stellen voor overzakbare stuurhuizen. De Duitse, Franse en Nederlandse delegatie hebben gewerkt aan een voorstel voor regelgeving voor overzakbare stuurhuizen.

Standpunt binnenvaartbedrijfsleven
Het binnenvaartbedrijfsleven heeft nogmaals opgemerkt dat het gaat om nieuwe voorschriften, hetgeen een effectbeoordeling vergt. Ons inziens zijn nut en noodzaak onvoldoende aangetoond. Daarnaast is gewezen op het feit dat er veel verschillende soorten overzakbare stuurhuizen zijn. Bij het formuleren van regelgeving en de overgangsbepalingen is het nodig om goed inzicht te hebben in de gevolgen.

Discussie en besluit CESNI/PT november 2020 nieuw artikel 7.14 ES-TRIN
Naar aanleiding van een voorstel voor een nieuw artikel 7.14 ES-TRIN is door de werkgroep CESNI/PT in november vooral gediscussieerd over het toepassingsgebied en de mogelijke toepasselijkheid van artikel 7.12 lid 7 ES-TRIN. De tekst hiervan luidt: Ter voorkoming van ongecontroleerd neerlaten moeten bouwkundige maatregelen zijn voorzien. Ter voorkoming van het gevaar van persoonlijk letsel ten gevolge van het neerlaten van het stuurhuis moeten adequate beschermende voorzieningen aanwezig zijn. Telkens wanneer het stuurhuis in een lagere stand wordt gezet, moet automatisch een optisch en akoestisch waarschuwingssignaal duidelijk waarneembaar zijn.

Essentie inbreng binnenvaart nieuw artikel 7.14 ES-TRIN (Overzakbare stuurhuizen) 
Essentie van de inbreng namens het binnenvaartbedrijfsleven was een juiste balans tussen nieuwe eisen en de beoogde veiligheidswinst. Mede naar aanleiding van onze inbreng is een compromis gevonden. Zo is bijvoorbeeld, voor wat betreft de eis van een waarschuwingssignaal wanneer het stuurhuis in een lagere stand wordt gezet, gekozen voor een ‘kan-bepaling’. Dit houdt in dat het niet verplicht is maar dat de Commissie van Deskundigen hiervoor kan kiezen. Ook hebben we verzocht om producenten van stuurhuizen te consulteren betreffende het nieuwe artikel voor overzakbare stuurhuizen. Dit in het kader van een effectbeoordeling en de bepaling van overgangstermijnen voor bestaande vaartuigen. We hebben verzocht om een langere overgangstermijnen. Zodra de integrale tekst van het nieuwe artikel 7.14 ES-TRIN beschikbaar is, dan zullen we dit met u delen.

Naar boven

 

Beschikbaar stellen van informatie over motoren met typegoedkeuring

In het kader van de effectbeoordeling die werd verricht voordat Verordening (EU) 2016/1628 (NRMM verordening) werd goedgekeurd, kwam naar voren dat het risico bestond dat stage-V-motoren voor de binnenvaart slechts in beperkte mate beschikbaar zouden zijn. Hoewel men dit probleem dus van tevoren zag aankomen, is de beschikbaarheid van stage V-motoren voor de binnenvaart nog steeds zorgelijk.

Analyse van de beschikbare stage V-motoren voor de binnenvaart
Op de website van CESNI vindt u een overzichtstabel van motorfabrikanten die motoren voor de binnenvaart kunnen leveren overeenkomstig de stage V-emissiegrenswaarden van de NRMM-richtlijn. Eventuele beperkingen per motortype NRE zijn te vinden door de cursor op de kolom “Datum van de goedkeuring” te plaatsen.

Actualisatie FAQ vraag overgangsmotoren
CESNI heeft samen met EUROMOT dit FAQ-document opgesteld om iedereen in de binnenvaart te helpen de eisen te begrijpen en te interpreteren met het oog op:
  • de vereisten van Verordening (EU) 2016/1628 met bijbehorende aanvullende wetgeving (NRMM) voor de emissies van niet voor de weg bestemde mobiele machines van fase V,
  • de Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen (ES-TRIN).
Aanpassing vraag 6 (overgangsmotoren - stelsel)
Dit FAQ-document is in oktober 2020 aangepast. Het antwoord op vraag 6 (overgangsmotoren - stelsel) is bijgewerkt om rekening te houden met Verordening (EU) 2020/1040 die de overgangsperiode heeft aangepast in verband met de gevolgen van de COVID-19-crisis. In deze verordening zijn de overgangsperioden voor motoren met een vermogen van minder dan 300 kW met twaalf maanden verlengd, zodat voor alle categorieën dezelfde overgangsperioden gelden. Onderstaande overzicht behoort bij FAQ nummer 6:

Naar boven

 

Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen verdrinkingsgevaar

Eerder informeerden we u over de discussie binnen CESNI/PT over de non conformiteit van de normen voor reddingsvesten in ES-TRIN en Verordening (EU) 2016/425. Ook in november heeft de werkgroep CESNI/PT een inhoudelijke en juridische discussie gehouden over de toepasselijkheid van normen en het toepassingsgebied van Europese regelgeving. Naast juridische zaken zijn praktische zaken en goede communicatie van belang.

Voorstel communicatie
Wij doen een voorstel voor de communicatie over de goede werking van een reddingsvest. Dit voorstel kunt in gebruiken in uw communicatie. Immers is een goede werking afhankelijk van de gebruiker.

Naar boven

 

Implementatie van de routekaart over geluid en trillingen

Proactieve deelname aan internationale overleggen omtrent regelgeving vergt ook een proactieve bijdrage. In de routekaart met betrekking tot geluid en trillingen van binnenvaartschepen staan een tweetal actiepunten voor het binnenvaartbedrijfsleven:
  • VII: Een verslag uitbrengen over de technische oplossingen die zijn toegepast om de bestaande vloot aan te passen, met name de doeltreffendheid en de kosten van deze oplossingen.
  • IX: Een verslag uitbrengen over de door het bedrijfsleven voorgestelde vrijwillige maatregelen waarmee de geluidshinder zowel aan boord van het schip als daarbuiten kan worden teruggedrongen.
Bijdrage binnenvaartbedrijfsleven
Met document CESNI/PT (20) 76 wil het binnenvaartbedrijfsleven een bijdrage leveren aan de tenuitvoerlegging van de genoemde routekaart. In dit document wordt, na een schets van ervaringen van binnenvaartondernemers, een aantal maatregelen opgesomd waarmee de geluidshinder - zowel aan boord van het schip als naar de omgeving – kan worden teruggedrongen.

Ervaringen van binnenvaartondernemers
Ervaringen van binnenvaartondernemers leren dat op voorhand niet zeker is welke geluidsreductie bereikt wordt met welke maatregel. Daarnaast zijn de effecten van bepaalde maatregelen per schip verschillend. De kosten zijn ook zeer verschillend en vaak hoog. Beslissingen om te investeren teneinde een geluidsreductie te realiseren zijn dan ook gecompliceerd. Ondernemers beginnen dan ook meestal met de meest voor de hand liggende en minst kostbare oplossingen en gaan vervolgens iedere keer een stapje verder, als tenminste de geprognosticeerde geluidsreductie in verhouding staat tot de investering. Binnenvaartondernemers hanteren delen van deze maatregelen vaak vrijwillig, al dan niet in combinatie met reguliere investeringen en onderhoud van hun schepen.

Conclusie werkgroep CESNI/PT
De voorzitter bedankt het binnenvaartbedrijfsleven voor hun bijdrage in document CESNI/PT (20) 76. De werkgroep CESNI/PT concludeert dat het actiepunt hiermee is afgerond.

Walstroom
In de routekaart voor geluidshinder en trillingen staat ook het volgende: “CESNI is van mening dat walstroom bij ligplaatsen een doeltreffende manier is om geluidshinder terug te dringen, met name in gebieden met bebouwing dichtbij de vaarweg. Meer gebruik van walstroom komt bovendien de verduurzaming van de binnenvaart ten goede. CESNI dringt erop aan bij het aanleggen of aanpassen van ligplaatsen langs hoofdvaarwegen of in binnenhavens, ook walstroomfaciliteiten te voorzien. In het licht van de operationele aspecten en de problemen die er spelen ten aanzien van de interoperabiliteit, heeft CESNI de Werkgroep CESNI/PT verzocht om uitgaande van bestaande studies een document op te stellen met good practices om het gebruik van in het kader van walstroom ontwikkelde oplossingen te bevorderen.

Bijdrage EBU, ESO en EFIP
Namens de Europese binnenvaart- en binnenhavenorganisaties EBU, ESO en European Federation of Inland Ports (EFIP) is voor dit onderwerp een mededeling gedaan. Conform het artikel 4, vijfde lid) Richtlijn 2014/94/EU moet walstroom beschikbaar worden gemaakt in havens, waarbij de havens van het TEN-T-kernnetwerk voorrang moeten krijgen. Dit moet gerealiseerd worden voor 31 december 2025. Een aantal Nederlandse binnenhavens, met een strategische ligging op drie corridors van het TEN-T netwerk, heeft opdracht gegeven aan Port Solutions Rotterdam voor een onderzoek omtrent walstroom. In deze studie zijn de belemmeringen en kansen beschreven die aanbieders en gebruikers van walstroom zien, met als doel om gezamenlijk grote stappen te zetten in het verder verduurzamen van de Nederlandse binnenhavens. Een zeer belangrijke bevinding betreft een gebrek aan uniformiteit op het gebied van walstroom-infrastructuur, -gebruikersplatformen en -tarieven.  Het rapport omschrijft een aantal oplossingen voor het vervolg en noemt kansen en belemmeringen, zowel vanuit de vraag- als de aanbodzijde. De onderzoeksresultaten kunnen nuttig zijn voor het realiseren van doelen van CESNI.

Discussie CESNI/PT
Deze proactieve bijdrage van het binnenvaartbedrijfsleven werd zeer gewaardeerd. Lidstaten noemen het belang van uniformiteit en harmonisatie van walstroomaansluitingen. De voorzitter heeft partijen opgeroepen om actief mee te denken aan oplossingen. EBU en ESO kunnen hierbij samenwerken met de EFIP, mede gelet op de Richtlijn 2014/94/EU betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen.

Naar boven

 

Toepassing van de overgangsbepalingen hoofdstukken 32 en 33 ES-TRIN

De Belgische delegatie presenteerde eerder dit jaar een omvangrijk document met principes voor de aanpassing van de overgangsbepalingen in ES-TRIN. Het belangrijkste uitgangspunt van deze werkzaamheden betreft enerzijds de vergelijking van de reglementaire kaders, namelijk het Reglement van Onderzoek en de Europese richtlijn (EU) 2016/1629, en anderzijds het onderscheid in de vaargebieden, namelijk voor schepen die de Rijn bevaren en schepen die buiten het vaargebied van de Rijn varen. Het doel van deze werkzaamheden is vereenvoudiging.

Discussie CESNI/PT november 2020
Voordat met de omvangrijke werkzaamheden en vereenvoudiging van het complexe systeem van overgangsbepalingen kan worden gestart, is het belangrijk dat de lidstaten het eens worden over een aantal principes en uitgangspunten. Tijdens intensieve discussies blijkt dat over sommige belangrijke principes en uitgangspunten door lidstaten verschillend wordt gedacht en dat regelgeving niet altijd hetzelfde wordt geïnterpreteerd.

Standpunt binnenvaartbedrijfsleven: uniforme interpretatie en flexibel als het kan
Bij de uiteindelijk keuze welke interpretatie klopt, is niet alleen de inhoudelijke, maar ook de juridische interpretatie van regelgeving zoals Richtlijn (EU) 2016/1629 en het ES-TRIN bepalend. Vanwege het level playing field, is het voor het binnenvaartbedrijfsleven het belangrijk dat Europese regelgeving op geharmoniseerde manier wordt geïnterpreteerd en toegepast. Dit moet echter niet resulteren in een starre en rechtlijnige aanpak. Flexibiliteit als het kan is ook belangrijk. Om u een beeld te geven over welke principes het gaat volgt nu een opsomming van enkele principes.

Principes voor het aanpassen van overgangsbepalingen
Tijdens meerdere bijeenkomsten van de werkgroep CESNI/PT is gediscussieerd over onder meer de volgende principes:
  • Het bouwjaar van het vaartuig of de ombouw van het vaartuig zijn bepalend voor het toepassen van de overgangsbepalingen.
  • Het periodiek onderzoek moet vóór afloop van de geldigheidsduur van het certificaat verricht worden.
  • Wanneer het certificaat vervallen is, voert de Commissie van Deskundigen een initieel onderzoek uit.
  • De overgang van een Uniebinnenschipcertificaat naar een Certificaat van Onderzoek en omgekeerd moet eenvoudig en mogelijk zijn met toepassing van de overgangsbepalingen onder de bepaalde voorwaarden.
  • De overgangsbepalingen worden zoveel mogelijk in één tabel opgenomen.
  • Het verlopen van de overgangsbepalingen moet in termijn dezelfde zijn en logisch zijn vastgelegd op basis van een impactanalyse.

Naar boven

 

Meer informatie?

Heeft u vragen over deze terugkoppeling of heeft u andere vragen over technische voorschriften van binnenschepen?  

Dan kunt u contact opnemen met Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken., Secretaris Nautische en Technische Zaken.
 
 
 
 
Twitter - CBRBtweets
LinkedIn - CBRB
YouTube - CBRBnieuws
RSS - CBRBnieuws
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Website - CBRB
 
Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart 
Vasteland 78 | 3011 BN  Rotterdam | tel:010-7989800
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. | www.binnenvaart.nl

Niets uit deze nieuwsbrief mag zonder overleg met het CBRB openbaar worden gemaakt.
U kunt hiervoor contact opnemen via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..

Uitschrijven uit de nieuwsbrief.
 Copyright © *|CURRENT_YEAR|*, Alle rechten voorbehouden.

CBRB medewerkers en leden handelen volgens de CBRB Complianceregeling Mededinging.
*|REWARDS|*